Het West-Eastern Divan Orchestra (WEDO), geleid door dirigent Daniel Barenboim, is uniek omdat het voornamelijk bestaat uit jonge Arabische en Israëlische musici. Het orkest is vernoemd naar Goethes bloemlezing gewijd aan de culturele dialoog tussen oost en west. Het werd in 1999 mede opgericht door Barenboim, een burger van zowel Israël als Palestina, en de Palestijns-Amerikaanse literatuurwetenschapper Edward Said. Het belangrijkste principe van het orkest is dat uitmuntendheid niet alleen komt door de leiding van een chef-dirigent, maar ook door nauwe samenwerking en empathie tussen de musici. Hoewel WEDO een aantal jonge professionele musici heeft opgenomen van ensembles als de Berliner Philharmoniker, hadden veel van de spelers geen eerdere orkestervaring. De hoge standaard is vooral bereikt door Barenboims training tijdens workshops en repetities. Naast musici uit het Midden-Oosten, laat WEDO − dat sinds 2002 in de buurt van Sevilla is gevestigd − ook getalenteerde musici uit Spanje toe. Naast optredens in grote zalen in Europa en Noord-Amerika, heeft het orkest zo vaak als mogelijk opgetreden in Qatar, de Westelijke Jordaanoever (waaronder Ramallah, waar het concert van augustus 2005 werd opgenomen) en de Gazastrook. De werken van Beethoven zijn sinds het eerste concert met diens Symfonie nr. 7 een centraal onderdeel van het repertoire van het orkest. In 2011 nam WEDO alle symfonieën van Beethoven op in Keulen. De discografie van het orkest omvat ook werken van Mozart, Tsjaikovski, Ravel, Schönberg en Pierre Boulez (van wie in 2017 een dubbelalbum werd uitgebracht).